Gezamenlijke bijeenkomsten organiseren voor verschillende leerkrachten tijdens de werkuren is in de huidige context vaak niet vanzelfsprekend. In het Potential-traject vonden scholen onder meer de volgende creatieve manieren om collega’s vrij te roosteren.

  • Op het moment van een pedagogische studiedag, nemen de leerkrachten van het kernteam tijd voor een bijeenkomst voor Potential, terwijl de andere collega’s de reguliere sessies van de studiedag volgen.
  • De tijd die leerkrachten tijdens een schooljaar normaal besteden aan nascholingen, wordt gedurende één of twee schooljaren volledig besteed aan het professionaliseringstraject van Potential. De leerkrachten worden dat schooljaar dus vrijgesteld van andere nascholingen.
  • Wie deelneemt aan een kernteam wordt tijdens dat schooljaar vrijgesteld van de gebruikelijke extra-curriculaire inzet, bijvoorbeeld een shift draaien op het schoolfeest, een schoolreis of leeruitstap begeleiden, een pannenkoekenbak of spaghetti-avond,… De vrijgekomen tijd wordt gericht gespendeerd aan Potential.
  • Op het moment dat leerlingen een buitenschoolse uitstap maken (bv. SID-in, museumbezoek, sportdag …), wordt het kernteam vrijgesteld van begeleiding en is er op de school een bijeenkomst voor Potential.
  • Het kernteam wordt vrijgesteld van een aantal examen-, speeltijd-, of studietoezichten en de vrijgekomen tijd wordt gericht gespendeerd aan Potential.
  • Bij de planning van de lessenroosters van het kernteam wordt er gepoogd worden om de deelnemers op een bepaalde dag geen lesopdracht te geven het laatste uur van de voormiddag en het eerste van de namiddag, of het laatste uur van de dag. De vrijgekomen tijd wordt gericht gebruikt om de bijeenkomsten van Potential in te plannen.
  • Voor de bijeenkomsten wordt (bijvoorbeeld in het secundair onderwijs) gezocht naar zoveel mogelijk momenten tijdens vrije uren van de meerderheid van de leerkrachten, bijvoorbeeld een springuur voor de lunchpauze met aansluitend de lunchpauze. Indien bepaalde leerkrachten op dat moment niet lesvrij zijn (bijvoorbeeld in het basisonderwijs), wordt op voorhand geregeld dat een collega de groep overneemt. Indien dit lang op voorhand geweten is, kan de leerkracht zijn activiteiten zo plannen dat er geen instructie van nieuwe leerstof nodig is, maar dat bijvoorbeeld een zelfstandige verwerkingsopdracht voor de leerlingen voorzien wordt, een herhalingstoets, enzovoort. Door dergelijke opdrachten is het soms beter mogelijk om klassen samen te zetten, zodat minder collega’s moeten inspringen.
  • Stagiairs of vrijwilligers nemen één of meer klassen van leerkrachten uit het kernteam over, zodat zij klasvrij worden gemaakt. Bij stagiairs die niet alleen voor de klas kunnen staan, kunnen klassen samengezet worden en kan de stagiair aan co-teaching doen met een ervaren leerkracht.
  • Op momenten waarop er een avondactiviteit is op de school (bijvoorbeeld een Italiaanse avond, een quiz, ouderavond,…) en leerkrachten moeten zich sowieso ‘s avonds vrijmaken, wordt in de brug tussen het laatste lesuur en de avondactiviteit een bijeenkomst gepland.
  • Scholen voorzien gedurende een schooljaar één of meer extra pedagogische studiedagen en nemen die tijdig op in hun schoolreglement om de ouders correct te informeren.